Doelen, iedereen heeft ze. Maar niet voor iedereen zijn ze gelijk. Dat is maar goed ook. Doelen kunnen verschillend zijn van persoon tot persoon, zoals:

  • Sneller worden op een bepaalde afstand;
  • Voor het eerst trainen voor een bepaalde afstand;
  • Sneller kunnen herstellen na inspanning;
  • Minder druk voor jezelf zodat je niet na hoeft te denken wat je moet/wilt trainen, een zogenaamde stok achter de deur.

En heb je ook wel eens nagedacht over je eigen doelen? Kun je ze dan ook opsplitsen in doelen voor korte, middellange en lange termijn? Denk je ook na over hoe reëel je eigen doelen zijn? Durf je ze ook uit te spreken? En wat als je doelen stelt en gaandeweg het traject lijkt het niet te lukken. Haak je dan af, of stel je je doelen bij?

Hoe moeilijk is het voor een coach als hij de doelen van zijn eigen atleten niet (goed) (genoeg) weet? Het is de verantwoordelijkheid van de coach om achter deze doelen te komen, maar ook de verantwoordelijkheid van de atleet om deze duidelijk mee te delen. Het is en blijft een dialoog. Ook voor het bijstellen van deze doelstellingen is het van wezenlijk belang dat je coach goed op de hoogte is van de status van het moment.

Gebruiken jij en je coach bijvoorbeeld een product als TrainingPeaks, dan is het vrij eenvoudig om wedstrijden (“events”) of overige doelen (“goals”) eenvoudig aan te geven. Lukt dat niet via TrainingPeaks, dan geef dit in ieder geval op een andere manier duidelijk aan.

Geef bij geplande wedstrijden duidelijk aan wat het voor type wedstrijd is, wat de afstand is en vooral ook wat je doelstelling hierbij is. Ik hou hier zelf altijd de volgende categorieën aan:

  • Piek wedstrijd (A). Dit is de race waar je langere tijd voor traint. Hier moet het allemaal gebeuren. Dit soort dingen doe je 1x, hooguit 2x per jaar
  • Wedstrijd die je gebruikt om te kijken waar je staat, maar deze moet niet je normale trainingsregime verstoren (B)
  • Leuk gezellig loopje (C). Eigenlijk een normale training, maar je kiest er voor om dit in het kader van een georganiseerde loop te doen

Waarom nu deze categorieën? Eigenlijk heel simpel. Van een categorie A wedstrijd heb je veel meer herstel nodig dan van een categorie C wedstrijd. Dit herstel moet ingepland worden, anders loop je een gigantisch risico op een overbelasting.

Een doel is een gewenste situatie, iets dat je wilt bereiken. Dat wil zeggen dat het ook kan gebeuren dat in de weg naar je doel dit doel bijgesteld moet worden. Het is daarom heel belangrijk dat je dit vaker doorgeeft aan je trainer/coach. Laat weten hoe trainingen gaan en ervaren worden. Dit kan bijvoorbeeld middels de “metrics” functie van TrainingPeaks, of invullen bij je dagelijkse meting als je een tool als HRV4Training gebruikt.

Vooral nog een belangrijk punt. Hou je aan je trainingen. Kun je een keer niet, dan kun je een keer niet. Maar de basis is, dat je je training doet. Mochten er structureel problemen zijn, dan moet het gewoon bijgesteld worden. Hou er ook rekening mee dat je coach ongetwijfeld goed heeft nagedacht over wanneer een bepaalde belasting slim is en wanneer juist niet. Als er “rust” in je schema staat, doe dat dan ook. Hou je verder ook gewoon aan de tempo’s, hartslag, wattages die bij een training vermeld staan. Nog steeds trainen mensen vaak veel te snel als het juist rustig moet en rustig als het juist snel moet.

Samenvatting

Stel je doelen samen met je coach vast. Hanteer hiervoor reële doelen op korte, middellange en lange termijn. Hou je aan je trainingen en zorg er voor dat je coach op de hoogte is. Persoonlijk werk ik het liefste langdurig met atleten samen omdat korte termijn doelstellingen veel moeilijker te halen zijn dan een wat langer traject uit stippelen en zo samen stapje voor stapje samen bij een bepaald doel uit te komen.

Heb je geen trainer of geen coach dan is dat natuurlijk geen enkel probleem. Ben echter over je eigen doel vooral ook eerlijk tegen jezelf. En zoek je een coach. Je bent in ieder geval al op de juiste site.

En bedenk goed….

Dit artikel is ook verschenen in de ProRun.

Delen via: